Dit is de zwaarste klim (1616 kliminspanningspunten) van Gran Canaria op deze website, maar misschien is het ook landschappelijk de mooiste. Vanaf het begin aan het Embalse (stuwmeer) del Parallillo totdat men na 18 kilometer langs de parkeerplaats bij de Roque del Nubio fietst is de bergwereld schitterend. De bergen zijn steil, karig begroeid, fraai gekleurd en rondom aanwezig, en ze worden versierd door twee voor Gran Canaria typerende witte dorpjes (El Carrizal en Toscón de Arriba). Gemotoriseerd verkeer heb ik hier amper gezien. Minpunt is wel, in de eerste 12 kilometer en na Ayacata, het wegdek van de smalle weg. Dat is vaak beroerd. De beklimming zou eigenlijk in La Aldea de San Nicolás moeten beginnen maar helaas was de weg tussen La Aldea en het stuwmeer afgesloten toen ik op Gran Canaria verbleef. Daarom begint de rit op deze website aan het stuwmeer bij de splitsing van de hier beschreven klim en de paralelle klim naar de Pico de las Nieves via Artenara. Het begin van de rit is het lastigste deel. In de eerste 11 kilometer is de gemiddelde helling 8,7% maar de variaties in steilheid zijn gigantisch. Er zijn korte passages voor herstel maar ook niet minder dan tien 500 meter segmenten van 10% of steiler. Twee stroken van 250 meter hellen 16, respectievelijk 17%. Het venijnigste zijn de eerste anderhalve kilometer (gemiddeld 14,2%). Hier wordt de fietser niet alleen op de proef gesteld door de steilheid van de weg maar ook door het verschrikkelijke "asfalt". Wij zijn hier in de afdaling afgestapt! Na 11 kilometer fietsen wordt een naamloos pasje bereikt. Er volgen een afdalinkje en daarna op eindelijk goed asfalt een klimmetje en een iets langere afdaling. In Ayacata slaan we linksaf richting de Pico de las Nieves (GC-600). Er resteren nog een kleine 12 kilometer tot de top (1939 m). In de eerste 3 kilometer, tot de parkeerplaats nabij de Roque Nubio, is de helling van de opnieuw beroerd geasfalteerde weg aanzienlijk (8-10%). Fraaie bergen omringen nog steeds de weg. Na de parkeerplaats is alles anders. De bergen zijn eerder glooiend dan steil en een bos met hoge naaldbomen vervangt lage vegetatie. De weg is in het algemeen veel minder steil, daalt soms wat af maar herbergt ook nog enkele steile stroken (twee 250 meter stroken van 11%). Na het verlaten van de GC-600 is het wegdek weer in zeer goede staat. Bij helder weer kan men vanaf de top het eiland overzien.