Deze klim naar de Jaufenpass (Passo di Giovo in het Italiaans) is onder andere bekend van de Ötztaler Radmarathon, die verder bestaat uit het Kühtaisattel-west, de Brenner-noord en het Timmelsjoch-zuidoost. Opmerkelijk aan deze beklimming is de eentonigheid van de helling. In de in totaal 30 vijfhonderd-meter intervallen is de helling 24 keer zeven of acht procent en de resterende 6 intervallen hellen zes of negen procent. Op een kilometer van het einde, net voor een bocht naar links, liggen de steilste 250 meter (11%) van de rit. Die begint ten zuidwesten van Sterzing (Vipiteno in het Italiaans) bij de zijweg die het Jaufental invoert. De eerste twaalf kilometer verlopen grotendeels door het bos zodat er niet veel uitzicht is. Met nog drie kilometer te gaan, bereiken we de boomgrens en wordt het einddoel, de pas, zichtbaar. Hogere bergen zijn ver weg, waaronder de met sneeuw en ijs bedekte hoogste toppen van de Stubaier Alpen (rechtsvoor). Zie ook het verhaal van Frank over deze klim.